Een 16-jarig meisje is vanwege ernstige gedragsproblemen op basis van een beschikking van de rechtbank Midden-Nederland opgenomen in een gesloten jeugdzorginstelling. Zij gaat tegen die beslissing in hoger beroep bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Zonder succes.

Het meisje is opgegroeid in een thuissituatie met langdurig huiselijk geweld. In het gezin was 24/7 ruzie, het meisje moest veel op haar kamer blijven en mocht geen vrienden hebben. Ze werd door haar beide ouders verbaal en fysiek mishandeld. De ouders zijn inmiddels na een lange echtscheidingsprocedure uit elkaar. 

Gesloten groep

Rond haar 14e is het meisje geschorst van school vanwege diefstal. Sindsdien is ze nauwelijks nog op school geweest. Rond haar 15e is ze vanuit de thuissituatie bij de moeder met spoed uit huis geplaatst en opgenomen in een crisispleeggezin. Daarna verbleef ze in een gezinshuis en verschillende open behandelgroepen. Steeds is ze met ruzie vertrokken of weggelopen. Er zijn zorgen over haar veiligheid. Zo wordt vermoed dat ze contact heeft met mannen uit het loverboy- of mensenhandelcircuit en zijn er vermoedens van diefstal. Nadat het meisje twee maanden vermist is geweest en daarna ziek moest worden opgenomen in het ziekenhuis, heeft een gecertificeerde instelling de rechtbank Midden-Nederland gevraagd om haar in een gesloten groep te plaatsen. Dat verzoek is toegewezen. Het meisje verblijft nu in een gesloten groep, mag het terrein van de instelling dus niet af en krijgt daar een opleiding en therapie. 

Jeugdwet

In hoger beroep vraagt het kind aan het gerechtshof om de beschikking van de rechtbank te vernietigen. Volgens haar is er een minder ingrijpende maatregel mogelijk. Het gerechtshof toetst of er op basis van de Jeugdwet voldoende reden is het meisje in een gesloten groep op te nemen. Daarvoor moet vaststaan dat opname in zo’n groep noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van het kind naar volwassenheid ernstig belemmeren én dat de opname noodzakelijk is om te voorkomen dat het kind zich aan jeugdhulp onttrekt. 

Noodzakelijk

Volgens het gerechtshof heeft de rechtbank terecht geoordeeld dat het meisje in een gesloten groep wordt opgenomen. Een gesloten plaatsing is noodzakelijk om verdere risico’s voor het welzijn en de veiligheid van het meisje te voorkomen. Andere hulpverlening is niet toereikend gebleken en ook is duidelijk geworden dat het meisje wegloopt als ze meer ruimte krijgt en dan in zorgelijke situaties belandt. Een minder ingrijpende maatregel volstaat dan ook niet. Daar komt bij dat het meisje zich positief ontwikkelt sinds haar verblijf in de gesloten groep. Als dat zo doorgaat, kan ze wellicht meer vrijheden krijgen, benadrukt het hof. Maar voorlopig blijft opname in de gesloten groep noodzakelijk. 

ECLI:NL:GHARL:2024:7886

Bron:Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden | jurisprudentie | ECLI:NL:GHARL:2024:7886 200.346.031/01 | 16-12-2024